maandag 15 juli 2019

Noem de liefde liever niet





Dinsdag 15 juli 2008

was een beetje een miezerige dag. En precies op die dag togen May Khoen en ik, in het gezelschap van een vriend en een vriendin die als getuigen op zouden treden, naar het stadhuis op de Grote Markt. Om ons aldaar, na een relatie van meer dan 30 jaar, officieel als partners te laten registreren. We waren ervan uitgegaan dat het om een louter administratieve handeling ging maar dat bleek allesbehalve het geval te zijn. Door een bode werden we naar de trouwzaal gedirigeerd, alwaar we bij de deur opgewacht werden door een vriendelijke ambtenaar van de burgerlijke stand, gehuld in een grijze toga.*1

De beste man was beter voorbereid dan wijzelf, en ook niet van plan om van het protocol af te wijken, en zo kwamen we dus in een heuse huwelijksceremonie terecht met jawoord, toespraak en de gebruikelijke heilwens ter afsluiting. Het probleem was echter dat we daar niet stonden met de bedoeling om samen een lang en gelukkig leven te gaan leiden maar juist omdat we vreesden dat het binnenkort met onze relatie gedaan zou zijn. Want ook aan de voorspoed van een geslaagde niertransplantatie komt op een gegeven moment onherroepelijk
een einde. In het jaar daarvoor waren Khoen's gezondheid en energieniveau in snel tempo beginnen te verslechteren - als gevolg van het jarenlange gebruik van medicijnen die haar immuunsysteem onderdrukten - en we beseften maar al te goed dat dit betekende dat de laatste etappe was aangebroken.*2

Onze relatie was altijd op vriendschap en wederzijds vertrouwen gebaseerd geweest, niet op irreële beloften. De goedbedoelde woorden van de ambtenaar waren dan ook amper aan ons besteed. De dood wenkte en een geregistreerd partnerschap bleek de snelste manier te zijn om heel veel zaken in een klap te regelen. Deden we dat niet dan zou Khoen's vader, die op dat moment al bijna 30 jaar in Amerika woonde, haar wettelijke erfgenaam zijn, mocht ze onverhoeds komen te overlijden, en een dergelijk scenario zagen we allebei niet zitten. Al helemaal niet omdat hij in 1979, twee jaar nadat ze ernstig ziek was geworden, doodleuk op het vliegtuig naar LA was gestapt en zich daarna vijftien jaar niet meer in Nederland had laten zien (zonder daarover ooit uitleg te geven of z'n excuses aan te bieden omdat hij haar zo gruwelijk in de steek gelaten had).*3



Juli 1982. Khoen aan het (thuis)dialyseren, ik assisteer haar daarbij.

Begin jaren tachtig, toen er een grimmig economisch en politiek klimaat heerste en het land in de greep van werkeloosheid en bezuinigingen verkeerde, was Khoen gedwongen geweest om een paar keer in de week te dialyseren. Dat had bijna drie jaar geduurd. Aangezien iedereen om ons heen nog steeds een soort studentenleven leidde hadden we het grotendeels zelf moeten zien te rooien in die extreme omstandigheden.

En dat was ons wonderwel gelukt. Door al die ervaringen waren we gewend om niet bij de pakken neer te gaan zitten als de een of andere deskundige zei dat iets niet kon. Zo hadden we bijvoorbeeld in 1995 een trip van drie maanden door Zuidoost-Azië gemaakt, terwijl zo'n beetje de hele medische stand dat had afgeraden. Als we vertelden dat we gingen backpacken sloegen ze helemaal steil achterover. Ook hadden we nooit de neiging gevoeld om met elkaar te breken als er eens iemand anders op ons pad verscheen. Immers, we waren jong van geest en niet van steen en door de jaren heen hadden we geleerd dat er wel ergere dingen konden gebeuren.

Op de foto's valt het niet te zien maar ons leven verkeerde op die 15e juli 2008 in een behoorlijke staat van chaos en paniek. Ons schip was aan het kapseizen en zou weldra zinken, daar waren we van overtuigd. Dat dit pas jaren later zou gebeuren hadden we op dat moment nooit kunnen vermoeden. Laat staan dat we daar überhaupt op hadden durven hopen.


©Huub Drenth

 


De beelden zijn in de zomer van 2022 door Dutch Walker gemaakt in de binnenstad van Groningen. Muziek: Alex Roeka.

 

*1 Het geregistreerd partnerschap is een samenlevingscontract dat dezelfde juridische status heeft als een huwelijk. Nederland voerde het geregistreerd partnerschap in op 1 januari 1998, in eerste instantie om een wettige verbintenis tussen twee personen van hetzelfde geslacht mogelijk te maken (het zgn 'homohuwelijk'). De registratie ervan geschiedt door middel van een 'akte van registratie van partnerschap' die opgemaakt wordt door een ambtenaar van de burgerlijke stand. Partners hoeven elkaar niet verplicht het 'ja-woord' te geven en een eventuele scheiding kan men laten afhandelen door een advocaat of notaris (men hoeft dus niet naar de rechter). In Nederland maakt inmiddels zo'n dertig procent van de personen die een wettige verbintenis met elkaar willen aangaan gebruik van deze 'administratieve' mogelijkheid.
*2 Zie voor meer informatie over May Khoen's niertransplantatie, en over het onderwerp in het algemeen, mijn post van 3 oktober 2020.

*3 Zie voor meer details over het verloop van deze eerste vijftien jaar in Amerika mijn post van 26 april 2020 die als titel Tempeh doeloe heeft.