zondag 10 januari 2021

May Khoen's voorouders ~ deel 11




 

Ik ben inmiddels aangekomen bij de Ko-afstammingslijn in May Khoen's voorouderlijke geschiedenis, dus de lijn die loopt van haar grootmoeder Nel Ko Kiong Nio, de moeder van haar moeder, tot aan Ko Lok Sing, een betbetovergrootvader die begin negentiende eeuw in China geboren is. Zoals ik eerder al schreef ben ik in dit geheel meestal een complete buitenstaander maar voor deze lijn gaat dat niet helemaal op, ik heb namelijk May Khoen's oma Nel Ko Kiong Nio, gedurende de laatste twintig jaar van haar leven, persoonlijk gekend. Het is zelfs zo dat May Khoen en ik in januari 1999 samen haar uitvaart geregeld hebben, ik kan dus ook uit eigen ervaringen putten in dit geval.

Over de Ko-lijn, zeker vanaf de generatie van May Khoen's overgrootvader Ko Djie Soei, heb ik tamelijk veel informatie. Zoveel zelfs dat ik besloten heb om het 'fragmentarisch' aan te pakken. Ik zal aan deze lijn dus meerdere posts gaan wijden, dit om het zowel voor de lezer als voor mijzelf enigszins overzichtelijk te houden. Veel aspecten van de Oost-Indische koloniale historie en de daarmee verbonden peranakan-cultuur zullen hierin aan de orde komen. Ik hoop dat er daardoor uiteindelijk zoiets als een totaalbeeld van May Khoen's voorouderlijke geschiedenis, voor zover die zich op Java heeft afgespeeld, zal ontstaan; vanzelfsprekend in samenhang met mijn andere posts over dit onderwerp. Mogelijk biedt dit dan voldoende aanknopingspunten voor eventuele andere geïnteresseerden om hiernaar verder onderzoek te verrichten. HD

 

De baai van Amoy, met op de voorgrond een Chinese begraafplaats.

 

Ko Lok Sing
Laten we beginnen bij het begin. Stamvader Ko Lok Sing (geboren tussen 1800 en 1815) is afkomstig uit Hai Ding (pinyin: Hai Cheng), een plaats niet ver van Longhai en Zhangzhou in de Chinese provincie Fukien/Fujian. Van daaruit is hij naar de internationale zeehaven Amoy (het hedendaagse Xiamen) getrokken maar of hij ook degene is geweest die de oversteek naar Nederlands-Indië heeft gemaakt is niet zeker. Mocht dat inderdaad het geval zijn geweest dan is het een raadsel waarom zijn nazaten niet op de hoogte zijn van de plek waar hij aan land ging en evenmin van de naam van zijn vrouw/hun voormoeder. Verder weten we eigenlijk alleen maar over hem dat hij vijf zonen had die zich op aller-lei locaties in de Indische archipel gevestigd hebben, te weten: Ko Tay Tik in Semarang en Magelang, Ko Tay Soe in Pelaboehan Ratoe en Batavia, Ko Tay Bik in Palembang en Singapore, Ko Tay Bo te Makassar (Celebes) en Ko Tay Pwa te Djajapura (Nieuw-Guinea). Of deze broers ook handelsbetrekkingen met elkaar onderhielden is onduidelijk.
Ko Tay Tik
Over May Khoen's betovergrootvader Ko Tay Tik (geboren tussen 1830 en 1835) is bekend dat hij op enig moment van Semarang naar Magelang verhuisd is en dat de naam van zijn eerste vrouw Ong Loan Nio was en die van zijn tweede vrouw Ka Lian Nio. Ong Loan Nio is May Khoen's betovergrootmoeder. Uit het gegeven dat de twee kinderen van zijn tweede vrouw ongeveer dezelfde leeftijd hebben als sommigen van zijn eerste vrouw mag geconcludeerd worden dat hij dus tegelijkertijd met beiden was getrouwd. We hebben het dan over de jaren zestig van de negentiende eeuw. Hoe hij precies in zijn levensonderhoud voorzag is niet bekend maar deze meervoudige huwelijkse status vormt wel een belangrijke indicatie voor de mate van materiële welvaart die hij zich toen inmiddels had verworven (hij was immers in staat om twee gezinnen te onderhouden).

 

Magelang, Chinese kamp.

Ko Djie Soei & Co.

Zowel in de tijd van de VOC als in die van het KNIL was Magelang, gelegen tussen  Semarang en Djokjakarta, de belangrijkste garnizoensplaats op Midden-Java. Mede waarschijnlijk daardoor vormde deze stad vanaf het midden van de negentiende eeuw de thuisbasis voor de economische activiteiten van de familie Ko. Ik doel dan niet alleen op May Khoen's betovergrootvader Ko Tay Tik maar ook op zijn zoon Ko Djie Soei en diens broers Ko Djie Soen, Ko Djie Han, Ko Djie Siang (getrouwd met The Bening Nio), Ko Djie Kian, hun zus Ko Lien Nio en hun twee halfbroers Ko Ie Tjiok en Ko Hoe Tjo.

Van maart 1890 t/m juli 1896 zien we in het Semarangse dagblad De Locomotief met grote regelmaat advertenties verschijnen waarin de firmanaam van May Khoen's overgrootvader Ko Djie Soei voorkomt. Het betreft dan advertenties waarin uit Europa geïmporteerde wijnen, cognacs, bieren en delicatessen (zoals bijvoorbeeld Deense boter en tarwebloem of Franse mineraalwaters en siropen) worden aangeprezen. De verkoop van alcohol en geïmporteerde waren viel onder het stelsel van belastingpacht, in Magelang zijn deze producten daarom slechts op twee locaties verkrijgbaar en een van die locaties is Toko Oei Djie Soei & Co.*1

Het is onmiddellijk duidelijk dat de doelgroep van deze advertenties door de lokale en regionale Nederlandse en Europese elite wordt gevormd, waarbij vooral gedacht moet worden aan legerofficieren, hogere koloniale ambtenaren, administrateurs van ondernemingen en personen die een vrij beroep uitoefenen zoals artsen, advocaten en notarissen. Waaraan nog toegevoegd kan worden dat ook rijke Javanen en Chinezen ongetwijfeld deel uitmaakten van zijn vaste clientèle.

 

Advertentie van 17 oktober 1892.

Op 10 juli 1896 verschijnt de laatste advertentie in De Locomotief. Het lijkt erop dat de toko hierna ophoudt te bestaan. Of onder een andere naam verdergaat, dat kan natuurlijk ook. Een jaar eerder, op 3 juli 1895, heeft dezelfde krant dan al melding gemaakt van het feit dat 'de Chineesche vrouw Ong Loan Nio, handelaarster te Malang, bij beschikking van de Raad van Justitie in Soerabaja 'in staat van faillissement is'. Op 29 januari 1896 deelt de Weeskamer te Soerabaja mede dat de algemene rangschikking van crediteuren inzake dit faillissement gedurende een maand ter griffie van de Raad van Justitie kan worden ingezien, hetgeen erop duidt dat er nog steeds kapitaal aanwezig is. Of deze Ong Loan Nio de weduwe van Ko Tay Tik is - en derhalve de moeder van Ko Djie Soei - en of er verband bestaat tussen dit faillissement en het plotseling stoppen van de advertentiestroom is niet bekend.
In een volgende post over May Khoen's genealogische achtergrond zal ik ingaan op het verdere verloop van de zakelijke activiteiten van Ko Djie Soei. Het gebied waarin hij dan opereert blijft niet meer beperkt tot Magelang en omgeving maar zal al snel zowel Midden- als Oost-Java betreffen.

©Huub Drenth   

Chinese jonk nabij Hong Kong.
   
 
*1 Uit een mededeling in de De Locomotief van 17 juni 1891 blijkt dat Ko Djie Soei zich ook met andere zakelijke activiteiten bezighield. En eveneens dat hij kennelijk over veel zelfvertrouwen beschikte. Eerder dat jaar had hij, reagerend op een openbare aanbesteding, bij de overheid een offerte ingediend voor de vernieuwing van de brug over de Kali Moeroeng, vlakbij de dessa Pare. Die locatie lag iets ten noorden van Magelang. De maximum aannemingssom bedroeg f. 23.636 en hij was bereid om het werk voor f. 23.000 uit te voeren. Helaas werd het project niet aan hem toegewezen maar aan een zekere F.L. Oostenbroek die het voor f. 10 minder wilde doen, dus voor f. 22.990. Deze F.L. Oostenbroek stond op dat moment ingeschreven als architect/aannemer in Soerabaja, een paar jaar daarvoor woonde hij echter nog in Magelang waar hij opzichter was bij de dienst Burgerlijke Openbare Werken...