maandag 7 september 2020

May Khoen's voorouders ~ deel 10

 


In deze post ga ik het hebben over May Khoen's mannelijke voorouders in de Tan-lijn, te weten: haar overgrootvaders Oei Djie Sien en Tan Tjiauw Bo, alsmede haar grootvader Tan Hway An. Ik behandel ze allemaal in dezelfde post omdat ik maar weinig gegevens over hen tot mijn beschikking heb. Van beide overgrootvaders is volstrekt onduidelijk wie hun voorouders zijn, hetgeen een mogelijke indicatie is dat ze niet tot de Cabang Atas behoren en waardoor niet uitgesloten kan worden dat beiden afkomstig zijn uit families die pas aan het eind van de negentiende eeuw tot de peranakan-middenklasse gingen behoren. Het was namelijk niet ongebruikelijk dat personen met een nouveau riche-achtergrond, via het huwelijk van een zoon of dochter met een telg van een 'oud geld'-clan, toegang tot de peranakan-Chinese elite probeerden te verkrijgen, teneinde zich te verzekeren van de privileges en de uitgebreide sociale netwerken waarover die families beschikten (ook bij het huwelijk van Oei Tiong Ham met Goei Bing Nio was dat bijvoorbeeld het geval geweest). Ter verduidelijking volgt hieronder eerst een korte uitleg over de belangrijkste organisa-tieprincipes binnen peranakan-Chinese familieverbanden: lineage, clan en maagschap.

 

Lineage en clan

Een belangrijk concept in de Chinese voorouder- en verwantschapscultuur is dat van de 'lineage'. Om precies te zijn gaat het hier om de 'patrilineaire' variant (en dus niet om de 'matrilineaire'). Hiermee worden alle personen bedoeld die, via de mannelijke lijn, afstammen van een en dezelfde voorvader en die zich daar (nog) bewust van zijn. Vrouwelijke nazaten maken deel uit van de lineage van hun vader tot ze gaan trouwen, daarna behoren ze tot de lineage van hun echtgenoot. Als een lineage zich over een groot aantal generaties uitstrekt kan er sprake zijn van honderden of zelfs duizenden personen, waarvan de meesten zich nog enkel met elkaar verbonden voelen door hun familienaam. In dat geval spreken we van een 'clan'.

Het lidmaatschap van de lineage gaat gepaard met een ingewikkeld stelsel van rechten en plichten ten opzichte van elkaar, iets waar de leden zich niet zomaar aan kunnen onttrekken, zelfs niet als ze elkaar totaal niet kennen. De verwantschapsstructuur van de lineage (en ook die van de clan) heeft in sterke mate bijgedragen tot de verspreiding van Chinezen uit de provincie Fukien/Fujian in geheel Zuid-Oost Azië, omdat 'broers' en 'neven' min of meer verplicht waren elkaar in allerlei situaties te helpen en financieel bij te staan. Daardoor ontstonden er tal van sociaal-economische samenwerkingsverbanden die al in een zeer vroeg stadium internationaal (en interkoloniaal) van aard waren.*1

 


Maagschap

In China werden familieverbanden voornamelijk gevormd door netwerken van patrilineaire verwanten maar in de peranakan-cultuur op Java was er ook ruimte voor andere invloeden, hetgeen onder meer te maken had met de minderheidspositie waarin de Chinese populatie zich daar bevond en het feit dat veel echtgenotes/concubines van inheemse, dan wel gemengde, afkomst waren en derhalve een andere culturele achtergrond hadden. Ook de Nederlandse 'koloniale setting', evenals het uit Europa stammende rechtsstelsel, drukten uiteraard hun stempel op de gang van zaken in tal van sociale en juridische aangelegenheden.

De notie wie wel of niet 'familie' was werd derhalve niet zo strikt (zeg maar: confucianistisch) gedefinieerd als in China en daarom speelden ook vrouwen/echtgenotes, evenals mannelijke verwanten uit 'vrouwelijke lijnen', een rol in allerlei zakelijke en juridische aangelegenheden.*6 Daar telde dus in veel situaties ook het meer Europese (en eveneens Javaanse) concept van 'bilineaire verwantschap', of 'maagschap' (alle bloedverwanten), mee. De relatie die May Khoen's overgrootvader Oey Tjien To, en diens broer Oey Tjien Ho, via het huwelijk van hun zus Oey Yan Hie, met de Bataviase Khouw-clan hadden, is daar een voorbeeld van (zie mijn post van 13 juni jl.). 

***


Oei Djie Sien

Oei Djie Sien (1879 - 1931), de vader van May Khoen's grootmoeder Oei Mien Nio, was begin vorige eeuw een prominent zakenman in Semarang maar enige informatie over zijn ouders en voorouders is, vreemd genoeg, tot op heden niet te vinden. Hij trouwde met Sih Ing Nio, de oudste dochter van entrepreneur Sih Khay Hie, en zag tijdens z'n leven diens onderneming, onder leiding van zijn zwager Sih Tiauw Hin, uitgroeien tot een imposant concern (zie mijn post van 8 december 2019).


Over de preciese zakelijke activiteiten van Oei Djie Sien is weinig bekend. Uit een document van de Nederlandsch-Indische Handelsbank (NIHB) uit 1913 blijkt dat hij handelde in een 'assortiment' van (agrarische) producten en dat de limiet van zijn krediet f. 100.000 bedroeg. In november 1918 werd hij op de Britse Zwarte Lijst gezet, waarschijnlijk omdat hij zaken had gedaan met 'de vijand'. In juli 1919 maakte hij deel uit van een driekoppige delegatie van Chinese rijsthandelaren die naar de resident van Semarang gezonden werd teneinde een verhoging van de maximum rijstprijs te bewerkstelligen. Ook bestond er op de Pedamaran in Semarang een toko Oei Djie Sien - met een aanbod van waren waar, volgens onderstaande advertentie, kennelijk zelfs Duitse kluizen en Amerikaanse bascules deel van uitmaakten - en was er op het adres Karrenspoor 226 (waar hij ook woonde), sinds 1916, een melkbedrijf gevestigd dat eveneens zijn naam droeg. Uit de melkrapporten die maandelijks in De Locomotief worden gepubliceerd (betreffende de kwaliteit van de door de Semarangse melkbedrijven geleverde melk) blijkt dat de Melkerij Oei Djie Sien eind 1955 nog steeds bestaat, maar wie dan de eigenaar is heb ik niet kunnen achterhalen.*3

 

Chinees-Indische krant Sin Po, 10 januari 1921.
 

In een andere bron wordt vermeld dat Oei Djie Sien van 1916 tot 1924 voorzitter was van het zeer elitaire Chinese culturele genootschap Boen Hian Tong (BHT), hetgeen meteen duidelijk maakt tot welke maatschappelijke laag hij behoorde.*2 Hij wordt in datzelfde geschrift 'de rechterhand van Oei Tiong Ham' genoemd, waarmee mogelijk bedoeld wordt dat Oei Tiong Ham het in feite voor het zeggen had binnen dit genootschap.*4 Oei Djie Sien speelde, net zoals zijn schoonvader Sih Khay Hie een aantal jaren eerder, ook een prominente rol in de Tjie Lam Tjay-tak van de Semarangse Kong Koan. Dit was een afdeling die zich met name bezighield met sociaal werk onder de armen, evenals het onderhoud van graven en tempels, en die, behalve aan de Kong Koan, ook gelieerd was aan de Tay Kak Sie-tempel in de Chinese kamp te Semarang. Hetgeen automatisch een indicatie vormt voor de religie die hij aanhing en wederom voor zijn sociale status.

 


Tay Kak Sie-tempel, Semarang 2015.

Tan Tjiauw Bo
 

Over Tan Tjiauw Bo, May Khoen's overgrootvader, heb ik geen enkele informatie, behalve dat hij in 1880 geboren is en in 1960 gestorven. En natuurlijk dat hij met haar overgrootmoeder Goei Lien Nio getrouwd was. Zij was van zeer goede komaf  (zie mijn post van 11 augustus jl.), dus het kan niet anders of hij moet een 'gelijkwaardige partij' geweest zijn, omdat het hier een gearrangeerd huwelijk betrof. Aangezien haar vader Goei Keh Pien de kost verdiende met allerlei belastingpacht-activiteiten (hij was onder andere pandhuishouder) is het niet onwaarschijnlijk dat ook Tan Tjiauw Bo's familie-achtergrond in dat zeer lucratieve verdienmodel gezocht moet worden.*5a-b

Als men de afstammingslijn van zijn echtgenote Goei Lien Nio aan een nadere beschouwing onderwerpt (zie mijn post van 11 augustus 2020) valt meteen op dat veel van haar vrouwelijke voorouders de familienaam Tan dragen. Dit is waarschijnlijk geen toeval, het kwam wel vaker voor dat twee families, vele generaties lang, hun kinderen aan elkaar uithuwelijkten (in de Oey-lijn van May Khoen's voorouders komt de familienaam Liem bijvoorbeeld heel vaak voor). Tan Tjiauw Bo zou dus ook wel eens een 'neef' van Goei Lien Nio kunnen zijn. Misschien dat toekomstig onderzoek daarover meer duidelijkheid kan verschaffen.


Tan Hway An

Over Tan Hway An (1901 - 1965), May Khoen's grootvader, bestaat eveneens maar weinig informatie, ook al leefde hij in de twintigste eeuw en had hij vier zonen en vijf dochters die iets over hem hadden kunnen vertellen. Hij was het tweede kind van Tan Tjiauw Bo en Goei Lien Nio en zou, behalve een oudere zus, in ieder geval ook nog twee jongere broers gehad hebben. Afgezien van hun namen - Tan Goen Nio, Tan Whay Thay en Tan Hway Whan - is over hen verder niets bekend. In de stamboom van de familie Tan op MyHeritage, die feitelijk alleen het nageslacht van Tan Hway An betreft, worden ze ook niet vermeld. Hieronder zal ik op een rij zetten wat ik over hem te weten gekomen ben.

 

Op 11 mei 1917 meldt De Locomotief dat Tan Hway An is geslaagd voor het toelatingsexamen van de Semarangsche Ambachtsschool. Hij is dan 15 jaar. In november 1924 wordt zijn eerste kind geboren, dus is hij waarschijnlijk een of twee jaar eerder getrouwd met May Khoen's grootmoeder Oei Mien Nio. May Khoen's vader Tan Swie Tong wordt geboren in 1926, daarna volgen er nog zeven kinderen.

Op 19 juni 1933 meldt dagblad De Locomotief dat Tan Hway An, woonachtig Djagalan 36 te Semarang, tot penningmeester is benoemd van Hua Chiao. De volledige naam van die organisatie is Hua Chiao Tsing Nien Hui, hetgeen zoiets betekent als Jeugdvereniging voor overzeese Chinezen. Doel van de vereniging was het etnisch bewustzijn van Chinese jongeren in Nederlands-Indië te versterken, om op die manier meer tegenwicht te bieden tegen de culturele en politieke onderdrukking van de Chinese bevolkingsgroep door het Nederlands koloniaal bestuur. De beweging was sterk op China gericht (waar de Kwomintang van Chiang Kai-shek en de communisten van Mao Zedong in een wrede burgeroorlog verwikkeld waren) en werd daarom nauwlettend in de gaten gehouden door de Algemene Recherche Dienst, ressorterend onder de Procureur-Generaal van het Hooggerechtshof van Nederlands-Indië. Ook voor de Japanners, die Indië eind 1941 binnenvielen, was hij hierdoor waarschijnlijk meteen al een verdacht persoon.

Van de technische kennis die hij zich eigen heeft gemaakt op de Semarangse ambachtsschool - die in eerste instantie was opgericht om de Nederlandsch-Indische Spoorweg Maatschappij (NISM) van deskundig onderhoudspersoneel te voorzien - heeft Tan Whay An, heel slim, gebruik gemaakt om een eigen garagebedrijf op te zetten. Dit waarschijnlijk met steun van zijn schoonvader Oei Djie Sien.

In meer opzichten is hij trouwens een man van de moderne tijd: in 1931 opent hij een waar advertentie-offensief in De Locomotief en Het Algemeen Handelsblad voor Nederlandsch-Indië om de activiteiten van zijn 'Duco-Atelier' te promoten. Hij heeft een werkplaats op het adres Karangtoeri 46, een weg/wijk aan de toenmalige oostrand van Semarang, niet ver van de plek waar zijn schoonvader Oei Djie Sien woont (Karrenweg 226). In het atelier vinden allerlei cosmetische ingrepen op automobielen plaats en daarnaast beschikt Tan Hway An, op dezelfde locatie, over een showroom waar hij motorfietsen en tweedehands auto's verkoopt. Ook is hij een officiële importeur van motorfietsen (klik op de afbeelding hieronder). Wat 'ducoën' precies inhoudt heb ik tot op heden niet kunnen achterhalen, wel blijkt uit een van de advertenties dat het procedé ook toegepast kan worden op "motorfietsen, brandkasten, frigidaires en meubilaires."

  


In 1937 begint Tan Whay An opnieuw een mediacampagne om zijn handel aan de man te brengen. Maar nu betreft het totaal andere waar: weegapparatuur. Of hij dan nog steeds een duco-werkplaats heeft en in auto's en motorfietsen handelt is niet duidelijk (ik denk van wel, HD). De weegapparatuur importeert hij niet alleen uit het buitenland maar produceert hij ook zelf, met name unsters en gewichten. Hij plaatst advertenties waarin hij aanbiedt om overbodig geel- en roodkoper op te kopen en kennelijk heeft hij ook grote behoefte aan tweedehands draaibanken, zijn bedrijf is dan inmiddels tot een kleine fabriek uitgegroeid. Aangezien hij voornamelijk in dagblad De Locomotief adverteert bestaan zijn afnemers waarschijnlijk vooral uit toko's en warungen op Midden-Java. Uit kleine middenstanders dus.



Na de advertentiecampagne uit 1937 en 1938 verschijnen er geen berichten meer in de media over de activiteiten van de firma Tan Hway An. In de zaterdagedities van De Locomotief van 1939 en 1940 wordt hij echter nog wel regelmatig vermeld bij de goede inzenders van het wekelijkse schaakprobleem. Ook zijn broer Tan Hway Hwan wordt daarin vaak genoemd. Een van de laatste keren dat we van hem horen is in een familiebericht, in De Locomotief van 19 november 1952, waarin het huwelijk wordt aangekondigd van zijn zoon Tan Swie Liem met Grace Theng Hiang Nio. De ouders van de bruid plaatsen die mededeling.

In 1954 wordt de naam van zijn firma genoemd in het bericht waarin de opheffing van de lokale vestiging van de N.V. Ingtraco (een soort warenhuis of groothandel voor huishoudelijke elektronica en auto's) wordt gemeld, waaruit blijkt dat zijn bedrijf nog steeds bestaat, in ieder geal in naam. Daarna wordt het stil rond hem in de Nederlandstalige media, hetgeen wellicht ook te maken heeft met het feit dat de officiële taal inmiddels Bahasa Indonesia is geworden en hij daarom, om als Chinees niet het stigma van anti-Indonesisch op zich gericht te krijgen, de oude 'koloniale' media vermijdt. Op 24 mei 1965 overlijdt hij op 63-jarige leeftijd, dus slechts enkele maanden voor de staatsgreep door generaal Soeharto, een machtswisseling die gevolgd werd door een lange periode van massamoorden op (vermeende) communisten en Indonesiërs van Chinese afkomst.

 

©Huub Drenth

 

*1 Zie voor meer specialistische informatie over dit onderwerp: Kwee Hui Kian: Cultural strategies, economic dominance, The lineage of Tan Bing in nineteenth-century Semarang, Java. Verschenen in: Linking destinies, Trade, towns and kin in Asian history (Eds.: Peter Boomgaard, Dick Kooiman, Henk Schulte Noordhold; Leiden 2008, pag. 207 - 210). In dezelfde uitgave: Song Ping: Traditional lineages in transnational spaces (pag. 219 - 234).
* 2 "BHT was the earliest “social club” in Semarang, founded in 1876 as a Chinese music society and initially open only to wealthy men of high social ranking (Willmott 1960: 130). Over time, this “social club” changed its raison d’être away from elitist mutual-aid activities in order to become social in the broader sense of the word. This means that the organization has provided a venue for both weddings and funerals as well as financial help to destitute citizens, irrespective of their ethnic background. Since the beginning of the twenty-first century the venue is also serving as a location for inter-religious ceremonies." Anna Gabriella Szabó, Vienna 2015: Ethnic Policies Toward People of Chinese Descent in Indonesia and Malaysia (master thesis/pdf, pg. 55-68). Zie ook: https://www.sciendo.com/pdf/10.2478/vjeas-2021-0005 (pg. 150-160).

(De periode gedurende welke Oei Djie Sien voorzitter was van het genootschap wordt in deze scriptie gekenschetst als 'de hoogtijdagen van de BHT'.)

*3 Hoeveel kinderen Oei Djie Sien en Sih Ing Nio hadden is (mij) niet bekend. Wel weten we dat ze, behalve May Khoen's grootmoeder Oei Mien Nio, nog een andere dochter hadden: Frieda Oei Djie Sien, ofwel Oei Hong Nio, geboren in januari 1909. Zij trouwde in september 1934 met Liem King Tjiauw, van beroep belastingambtenaar. Frieda was toen inmiddels 25, ongewoon oud voor een Chinese bruid. Misschien had dit te maken met het overlijden van haar vader, een paar jaar eerder. Ongetwijfeld is zij ook de Oei Djie Sien Nio waarvan De Locomotief op 5 maart 1929 meldt dat ze, te Semarang, geslaagd is voor het diploma Steno-Typist 2e klas (100 lettergrepen per minuut), dus mogelijk heeft ze gedurende een aantal jaren op een kantoor gewerkt voordat ze ging trouwen. Tegelijk met haar slaagde haar nicht Sih Tiauw Hin Nio (Sih Kwie Hwa Nio, dochter van entrepreneur Sih Tiauw Hin en ook geboren in 1909) voor dit examen. Oei Hong Nio kreeg twee zonen en drie dochters en overleed in 1988 in Den Haag, drie jaar na haar echtgenoot. Zij woonde toen al minstens 15 jaar in Nederland maar ik denk niet dat May Khoen op de hoogte was van het bestaan van deze 'Nederlandse' tante van haar vader want in dat geval had ik daar ongetwijfeld wel iets over gehoord (HD).

 


*4 De vader van Oei Tiong Ham, Oei Tjie Sien, kwam in 1858 samen met een broer (Oei Sien Tjo) en een neef/oomzegger (Oei Tjo Pie) vanuit China naar Indië (Semarang). Het zou kunnen dat Oei Djie Sien van een van deze twee afstamt. Als zou blijken dat dit daadwerkelijk het geval is impliceert dit dat May Khoen zowel een verre bloedverwant van Oei Tiong Ham als van zijn (hoofd)vrouw Goei Bing Nio is.

*5a Een mogelijk antwoord op deze vraag is te vinden in mijn post van 21 januari 2021, het betreft dan de persoon van Tan Boen Kiem.
*5b Dagblad De Locomotief maakt gedurende het jaar 1933 een aantal keren melding van ene Tan Tjiauw Bo uit Koetoardjo (gelegen 50 km ten westen van Jogjakarta) die juiste oplossingen van het wekelijkse schaakprobleem inzendt. Deze Tan Tjiauw Bo neemt in september van datzelfde jaar zitting in de Regentschapsraad van Koetoardjo, alwaar hij onderwijzer is op de Hollandsch-Chineesche School. Alleenwonend, dat wordt ook nog over hem vermeld. In september van de jaren 1934 en 1935 neemt hij deel aan regionale tennistoernooien, hetgeen de kans erg klein maakt dat het hier May Khoen's overgrootvader Tan Tjiauw Bo betreft want die is dan immers al halverwege de vijftig.

*6 Zie voor een diepgaande benadering van dit onderwerp: Guo-Quan Seng: The Gender Politics of Confucian Family Law: Contracts, Credit, and Creole Chinese Bilateral Kinship in Dutch Colonial Java (1850s-1900),

Zie voor meer informatie over 20e eeuwse peranakan-Chinese familieverhoudingen ook mijn post van 17 september 2020: https://maykhoentan.blogspot.com/2020/09/the-kwee-family-of-ciledug.html of mijn post van 8 december 2019: https://maykhoentan.blogspot.com/2019/12/may-khoens-voorouders-deel-3.html of mijn post van 25 november 2019: https://maykhoentan.blogspot.com/2019/11/louis-oey-en-lena-liem.html

 

Dit was deel 10 van May Khoen's voorouders.
Zie voor deel 9: https://maykhoentan.blogspot.com/2020/08/may-khoens-voorouders-deel-9.html

Zie voor deel 11: https://maykhoentan.blogspot.com/2021/01/may-khoens-voorouders-deel-11.html