Grootvader Tan Hway An en grootmoeder Oei Mien Nio, beiden met hun ouders
Over namen
Dit zijn wederom May Khoen's grootouders en overgrootouders van vaders kant. Van links naar rechts heten ze: Tan Tjiauw Bo, Goei Lien Nio, Tan Hway An, Oei Mien Nio, Oei Djie Sien en Sih Ing Nio. Over de antecedenten en karakters van de afgebeelde personen kan ik (nog) niet veel vertellen, behalve dat ze vrijwel allemaal zelfvertrouwen en waardigheid uitstralen, en dat zegt eigenlijk al genoeg. De twee dames rechts dragen een 'Shanghai dress' (een cheongsam), dus geen Indische kabaja, een indicatie dat de foto's uit de late jaren twintig of de jaren dertig van de vorige eeuw stammen, een periode die gekenmerkt werd door herbezinning op de eigen identiteit. Het zijn duidelijk mensen die tot de gegoede Indisch-Chinese middenklasse behoren en die dat willen weten ook. De mannen hebben een bedrijf, zoals May Khoen's grootvader Tan Hway An (waarover in een latere post meer), of zitten in de handel (de overgrootvader rechts bezat onder andere een rijstfirma en een grote toko) en de vrouwen krijgen kinderen. Het huishouden en de verzorging van de kinderen wordt overgelaten aan inlands personeel.
De voertaal onderling is wat Chinees Maleis** genoemd wordt, een mix van bazar-Maleis en Javaanse, Nederlandse en Hokkien invloeden. Het was dus geen Chinees en ook geen hybride variant ervan. Wel heb ik hun namen op z'n Chinees weergegeven omdat me tijdens mijn naspeuringen opviel dat dit in het toenmalige Nederlandsch-Indië ook zo de gewoonte was. Dus eerst de familienaam en vervolgens de eigennaam van de persoon (May Khoen gebruikte de twee vormen door elkaar, wat soms tot misverstanden leidde omdat men er dan van uitging dat haar voornaam Tan was). In China bleef een getrouwde vrouw haar eigen familienaam voeren, op Java voerde ze vaak de volledige naam van haar echtgenoot met daarbij het voorvoegsel 'Njonja' (mevrouw) of 'Janda' (weduwe). Ook ongetrouwde dochters voerden vaak de volledige naam van hun vader, die dan voorafgegaan werd door hun eigennaam; op die manier werd bijvoorbeeld Ko Mien Nio, die de dochter was van May Khoen's overgrootvader Ko Djie Soei, aangeduid als Mien Ko Djie Soei.
1) Familienamen
De familienaam van May Khoen's grootvader Hway An is Tan - 陈 en die van zijn vrouw Mien Nio is Oei - 黃. In Semarang vormden Chinezen een behoorlijk omvangrijke bevolkingsgroep terwijl er, relatief gezien, van slechts een gering aantal familienamen sprake was. Veel van hen heetten Tan en ook de naam Oei, Oey of Oeij kwam vaak voor. De rest heette Liem, Lim, Kwee, The, Goei of had een wat minder voorkomende familienaam. Ook de moeder van May Khoen heet Oey, dus haar ouders hadden dezelfde naamcombinatie als haar grootouders.
Handelsroutes vanuit Fujian/Fukien.
Het
Chinese schrift is een karakterschrift en geen klankschrift zoals het
westerse. Het voordeel ervan is dat iedere Han-Chinees, welke taal/dialect
hij of zij ook spreekt, het kan lezen.*1 Maar dit houdt wel in dat hetzelfde
karakter in allerlei streken anders wordt uitgesproken. De (oorspronkelijke) voertaal onder de Chinezen op Java was Hokkien (spreek uit: Hokjèn),
een Min-taal afkomstig uit het zuiden van de Chinese provincie Fujian/Fukien en
tevens lingua franca onder vrijwel alle geëmigreerde Chinezen in
Zuidoost-Azië ***. De Chinese namen zoals wij die kennen uit Indonesië zijn
de in latijns schrift weergegeven Hokkien-uitspraak van deze karakters.
Tan De familienaam van May Khoen's grootvader Hway An wordt weergegeven met het karakter 陈, dat in het Mandarijn-Chinees wordt uitgesproken als Chén, in het Kantonees als Chan en in het Hokkien als Tan. Dit karakter betekent onder andere: 'tonen/laten zien', 'leraar', 'oud/antiek' en 'afkomstig uit de staat Chen' (Henan, 1100-500 v.Chr.).
Oei Het karakter voor de familienaam van May Khoen's grootmoeder Mien Nio is 黃,
in het Mandarijn-Chinees uitgesproken als Huáng en in het Kantonees als
Wong. In het Hokkien wordt de uitspraak Ooi (Penang), Wee (Singapore
Engels, klinkt als het Franse 'oui') of Oei/Oeij/Oey (Nederlands-Indië/Indonesië). De betekenis van dit karakter is 'geel/goudgeel'.
Ik moet hier nog aan toevoegen dat de schrijfwijze van de in latijns schrift weergegeven Chinese familie- en persoonsnamen in Indië tot omstreeks 1920 nog niet gestandaardiseerd was, het kan dus voorkomen dat er tot die tijd verschillende spellingvarianten voor dezelfde naam gebruikt worden in documenten en geschriften. De naam van May Khoen's overgrootvader (van moeders zijde) Oey Tjien To is daar een goed voorbeeld van, je komt hem tegen in alle mogelijke combinaties van Oei/Oeij/Oey, Tjin/Tjien en To/Too.
Talen in Fujian/Fukien, Taiwan en Hainan.
2) Nio
Oei Mien Nio, Goei Lien Nio, Sih Ing Nio: het tweede deel van de
eigennaam van May Khoen's Tan-voormoeders is steeds Nio, dat is opvallend. Dit Hokkien-gebruik in de naamgeving van vrouwen impliceert dat
zij allemaal van peranakan-Chinese
afkomst zijn en dat ze, bijgevolg, gemengd bloed hebben. Iets wat niet per se altijd hoeft op te gaan voor Chinese voorvaders.*2
In alle bloedlijnen van leden van de peranakan-gemeenschap,
vanaf elke eerste Chinese voorvader die zich in de Indonesische
archipel vestigde, bevinden zich Indonesische voormoeders,
daar komt het op neer (het laten testen van mtDNA, autosomaal DNA en Y-DNA bij de nazaten verschaft hierin tegenwoordig onmiddellijk duidelijkheid).
Dit heeft te maken met het chronisch vrouwentekort binnen het
Chinese bevolkingsdeel op Java, dat tot het einde van de negentiende
eeuw
voortduurde; want er kwamen gedurende een aantal eeuwen wel steeds mannen bij uit China (eerst voornamelijk uit
Fujian/Fukien, later ook uit Guangdong en Hainan; zij werden singkeh genoemd), maar vrijwel geen vrouwen want die mochten China niet verlaten. Dit gold overigens ook voor mannen maar die overtraden deze regel op grote schaal, hetgeen vaak oogluikend door de autoriteiten werd toeggestaan. Het feit dat polygynie/veelwijverij een belangrijk statussymbool vormde in de Chinese cultuur zorgde bovendien nog eens voor extra druk op die aanhoudende situatie van vrouwenschaarste (hoe het verkrijgen van een inlandse bruid in z'n werk ging, en ook hoe ze een Chinese naam kreeg, zal ik behandelen in een toekomstige post, HD).
In
de twintigste eeuw werd deze traditionele wijze van naamgeving meer en
meer losgelaten, May Khoen's moeder heette bijvoorbeeld heel modern Kiem
Lian. Alle zussen
van May Khoen's vader heetten nog wel Nio: Hing Nio, Bien Nio, Hong Nio,
enzovoort.
Welbeschouwd betekende dit achtervoegsel aan de naam eeuwenlang dat de draagster
een 'vrije' en 'huwbare' vrouw was, behorend tot de Chinese gemeenschap,
ook al leek ze fysiek misschien op een inheemse en ook al was haar moeder misschien een concubine of een slavin. Een vrouw, kortom,
waar een (behoorlijke) bruidsschat voor moest worden betaald als je met haar wilde trouwen.
 |
Upper class peranakan bruidspaar* |
Widjajanti Dharmowijono: Van koelies, klontongs en kapiteins, pagina 330: *3
"Kinderen die resulteerden uit een verbintenis tussen Chinese
mannen en inlandse vrouwen werden peranakan genoemd. Ze werden opgenomen in hun
vaders familie en werden grootgebracht en opgevoed als Chinezen. Alle kinderen,
of hun moeder de wettelijke echtgenote van hun vader was, of een concubine of een
bediende, waren gelijk en vrij. Peranakan meisjes konden dus niet verhandeld
worden, maar alleen uitgehuwelijkt, idealiter met Chinese mannen. Deze meisjes
kregen alle het achtervoegsel 'niang' (in het Fujianees*4 'Nio') achter hun
naam. Wat hun moeders betreft,
als die slavinnen waren bleven ze dat, maar ze hadden erfrecht en genoten
bescherming tegen misbruik. Zij werden nooit een 'niang' maar werden soms 'giná'
genoemd, letterlijk 'kleine kinderen', als aanduiding dat ze onder voogdijschap
stonden en niet vrij waren."
3) Generatienamen
Bij
zonen gold dit 'achtervoegsel-gebruik' niet, toch delen zij ook vaak identieke namen.
Khoen's vader heet Swie Tong. Ook twee van z'n broers heten 'Swie': Swie
Liem en Swie Siang. Swie is hier een generatienaam. Z'n
oudere broer heet Soei Tjing maar waarom dat zo is is mij niet bekend,
gewoonlijk hebben broers immers dezelfde generatienaam (andere generatienamen zijn bijvoorbeeld Kik, Bian en Djie).*5 Dochters/zussen hebben
in de regel bij peranakan-Chinezen geen generatienaam maar bij May Khoen en haar zussen is dat wel
het geval, zij heten allemaal May: May Ling, May Khoen, May Liat, May
Hwa en May Chuen (uitspraak May: Mei).*6 Daar kan ik nog aan toevoegen dat Khoen (kh uitgesproken als een Engelse g) eigenlijk geen
meisjesnaam is bij peranakan-Chinezen. Wel is het een van de mogelijke generatienamen voor zonen/broers/neven. De naam Koen als
meisjesnaam komt wel voor, zo heet bijvoorbeeld een zus van haar oma
Ko Koen Nio (en een zus van haar grootvader Tan Goen Nio). In het algemeen is er echter geen verschil tussen mannen- en vrouwennamen bij peranakan-Chinezen, dus een man kan Liem Tiong Liat heten en een vrouw Liem Liat Nio. Intern leverde dat in het verleden geen problemen op omdat er binnen familie- en clanverband andere aanspreekvormen golden.*7
4) Europese voornamen
Wat
het onderwerp persoonsnamen betreft zijn we er nog niet. Vanaf het begin van de twintigste eeuw, toen onderwijs in het Nederlands ook voor andere bevolkingsgroepen toegankelijk werd, gingen peranakan-Chinezen ook Europese namen gebruiken, vaak van Engelse
oorsprong, dus naast hun Chinese naam. May Khoens vader heet
bijvoorbeeld ook nog Max, haar oom Tjing George, er is een tante Grace
en ook nog een tante Irene. Haar moeder werd Betty genoemd en haar oma Nel.
May Khoen's zus Ling heeft als doopnamen Maria Petronella (evenals oma Nel Ko Kiong Nio) maar wordt
door sommigen nog steeds
Joyce genoemd. May Khoen had als doopnamen Maria Monica en heeft zich,
toen ze jong was, ook nog een tijd Monique laten noemen (omdat ze vond
dat Khoen op een jongensnaam leek). May Liat heeft als doopnamen
Maria Elisabeth en als roepnaam Mayke. En hetzelfde geldt voor May Wha
die als roepnaam Xenia heeft en voor (halfzus) May Chuen die Mela heet.
5) Indonesische namen
Nog ingewikkelder, wat namen betreft,
werd het midden jaren zestig, dus ten tijde van de Koude Oorlog. Terwijl het communistische China van Mao
Zedong, bondgenoot van de Sovjet-Unie, zwaar onder vuur lag van het kapitalistische Westen en ook de Vietnamoorlog
in volle hevigheid woedde, deed generaal Soeharto, gesteund door de VS,
een greep naar de macht in Indonesië om te voorkomen dat ook dit land in de invloedssfeer van Moskou en Peking zou raken. Ongeveer een miljoen mensen verloren
daarbij het leven, onder wie veel etnische Chinezen, omdat ze verdacht
werden van communistische sympathieën. Een groot deel van de familie van
May Khoen woonde in die tijd nog steeds in Indonesië, zowel van vaders-
als van moederskant, maar voor zover ik weet zijn er onder hen geen
slachtoffers gevallen.
In 1967 werd er door het Soeharto-regime grote druk op de Chinese bevolkingsgroep uitgeoefend om Indonesische namen
aan te nemen, zogenaamd om het assimilatieproces van deze groep te
vergemakkelijken maar in feite natuurlijk om de culturele identiteit
ervan te vernietigen.*8
Gezien de massamoorden van een paar jaar eerder hadden veel etnische
Chinezen geen andere keus dan hieraan gehoor te geven. Dit had tot
gevolg dat May Khoen's Indonesische familieleden
voortaan achternamen droegen als Kristanto, Hertanto (in deze beide namen is de oude familienaam 'Tan' verwerkt) en Budisantosa.
Ook hun voornamen ondergingen datzelfde lot. Daardoor heetten ze nu
bijvoorbeeld ineens Hendro Surjoko en Dewi Setiawaty Kristanto en niet langer meer Soen
Liang Kho of Hing Nio Tan. En dat gold natuurlijk ook voor hun kinderen, zo werd King Han Kho ineens Kingkin Susanto Surjoko. Veel van de hoger opgeleiden en beter gesitueerden onder hen stelden alles
in het werk om het land te verlaten teneinde de nationaliteit van een
westers land te verkrijgen. Hetgeen een groot deel van de ooms en tantes
van May Khoen ook daadwerkelijk lukte, vooral die van haar vaders kant.
In hun nieuwe thuisland lieten ze bij hun naturalisatie de opgedrongen
naamsverandering meteen weer ongedaan maken.*9 Dit waarschijnlijk tot niet geringe vreugde van de voorouders.
©Huub Drenth
*1 Ruim 90 procent van de bevolking van China bestaat uit Han-Chinezen. Andere groepen zijn o.a. Tibetanen, Oeigoeren en Mongolen, elk met hun eigen taal. 'Chinees' is eigenlijk een verzamelnaam voor 14 aan elkaar verwante talen, foutief vaak 'dialecten' genoemd, vergelijkbaar met bijvoorbeeld de 'Germaanse' of 'Romaanse' talen. Een van die talen is het Hokkien, dat vervolgens weer tal van dialecten kent.
*2 Letterlijk betekent peranakan (spreek uit: prannakan) in het Maleis: kind/afstammeling van het land, kind van gemengd bloed.
*3 (Inge) Widjajanti Dharmowijono (Mevr. Dr. Tan Swie Ing Swie), Van koelies, klontongs en kapiteins, dissertatie UvA, Amsterdam 2009 (Hoofdstuk 4.6: De vrouwen).
(Ik adviseer iedereen die geïnteresseerd is in de geschiedenis van de peranakan-gemeenschap op Java, of in die van Chinezen in Nederlands-Indië in het algemeen, om eerst deze dissertatie te bestuderen alvorens andere bronnen te raadplegen. HD)
*4 Fujianees betekent hier: Hokkien, in Fujian/Fukien spreekt men namelijk ook nog Hakka en Fuzhou. 'Nio' betekent in het Hokkien 'meisje/maagd/bruid', ofwel: huwbaar (Niáng is pinyin Mandarijn, hier is de betekenis tweeledig: 'jonge vrouw' en 'moeder'). Ga voor een uiteenzetting over de verschillende talen in China naar deze pagina van RipleyBelieves. Een uiteenzetting over de uitspraak van Chinese namen in China en Indonesië vindt men hier.
*5 Ik ontdekte dat hij op 7 augustus 1950, de dag waarop hij zich verloofde met Irene Kwee Lee Sioe Nio, nog Tan Swie Tjing heette. Op 29 juli 1951, toen hij en Irene in Bandung in het huwelijk traden, had hij z'n naam inmiddels veranderd in Tan Soei Tjing (een maand later vertrokken ze met de Willem Ruys naar Nederland). Waarschijnlijk betreft het hier slechts een andere schrijfwijze van deze generatienaam.
*6 In China hebben broers en zussen vaak wel dezelfde generatienaam. Zo heette de zus van Mao Zedong: Mao Zejian.
*7 Zie: https://nl.wikipedia.org/wiki/Chinese_namen
*8 Familienamen zijn in de Chinese cultuur een heilig goed, denk alleen maar aan de voorouderverering en het feit dat het eerste deel van de naam altijd de familienaam is. Ook werden door het Soeharto-regime alle uitingen van de Chinese cultuur en het spreken van de Chinese taal (in de publieke ruimte) verboden.
*9
In Indonesië was het terugdraaien van de naamsverandering pas mogelijk
vanaf 2001, dus na de val van Soeharto, maar lang niet iedereen maakte daar gebruik van. Meer specifieke uitleg over Chinese namen in Indië/Indonesië is te vinden op Wikipedia.
~
* Op de bruidsfoto zijn Riki Kan Hay Gwan en Helene Tan Tjiang Nio vastgelegd, Batavia mei 1928 (geen familie van May Khoen, voor zover bekend). Ga voor duiding van het tafereel naar de website van het CIHC.
** Ga
voor meer informatie over 'Chinees Maleis' naar de website van ResearchGate.
*** Zie voor meer informatie over de Hokkien-cultuur: https://en.wikipedia.org/wiki/Hokkien_culture.
Dit was deel 2 van May Khoen's voorouders.
Zie voor deel 1: https://maykhoentan.blogspot.com/2019/07/de-voorouders-1.html
Zie voor deel 3: https://maykhoentan.blogspot.com/2019/12/may-khoens-voorouders-deel-3.html